De typische structuur of sectie van alaagspanningsschakelapparatuurbestaat uit drie afzonderlijke en onafhankelijke delen: het stroomonderbrekercompartiment, het railcompartiment en het kabelcompartiment.
Elk stroomonderbrekercompartiment biedt doorgaans plaats aan maximaal twee verticaal opgestelde luchtstroomonderbrekers. Elke stroomonderbreker is afzonderlijk geïsoleerd van de andere stroomonderbrekers. Achter het stroomonderbrekercompartiment bevindt zich het railcompartiment, dat door een scheidingsbarrière van het stroomonderbrekercompartiment is gescheiden.
Aangrenzende railcompartimenten zijn van elkaar geïsoleerd door isolerende scheidingswanden tussen de compartimenten. Tenslotte bevindt het kabelcompartiment zich aan de achterzijde van het schakelkastgedeelte en kan naar keuze door een geventileerde of niet-geventileerde barrière worden gescheiden van het railcompartiment.
Het kabelcompartiment is voorzien van een scharnierende deur of afneembaar deksel voor het afsluiten van de aansluitingen van de lijn- en belastingskabels. Deze compartimentindeling is het meest typerend en kan aan de achterkant toegankelijke schakelapparatuur worden genoemd, omdat toegang tot de achterkant van de schakelapparatuur vereist is.
Een variatie op de opstelling van de schakelapparatuur is de schakelapparatuur met frontbedrading, waarbij het kabelcompartiment grenst aan het stroomonderbrekercompartiment en de deur van het kabelcompartiment zich aan de voorkant van de apparatuur bevindt. Deze opstelling vermindert de ontwerpdiepte, elimineert de noodzaak van toegang aan de achterkant en maakt het mogelijk de schakelapparatuur tegen een muur te plaatsen, vergelijkbaar met een schakelbord.
Het verdelen van laagspanningsschakelapparatuur is bedoeld om de veiligheid, betrouwbaarheid en onderhoudbaarheid van de schakelapparatuur te verbeteren, bijvoorbeeld door onbedoeld contact met bepaalde geleiders, zoals de hoofdrail of stroomonderbrekers in aangrenzende eenheden, te voorkomen wanneer er onderhoud wordt uitgevoerd. Partitionering kan ook een deel van de schade die wordt veroorzaakt door boogfouten beperken en het risico verkleinen dat fouten zich verspreiden naar andere delen van de schakelapparatuur.
Laagspanningsschakelapparatuurbiedt bescherming tegen kortsluiting en overbelasting via stroomonderbrekers met geïntegreerde uitschakeleenheden. Deze laagspanningsstroomonderbrekers zijn verkrijgbaar in zowel vaste als uitrijdbare uitvoeringen. Vast betekent dat de stroomonderbreker onbeweeglijk is en alleen kan worden bediend vanaf het paneel van de stroomonderbreker. Uittrekbaar betekent dat de stroomonderbreker eenvoudig naar de test- en ontkoppelingspositie kan worden verplaatst zonder de schakelapparatuur te openen en voor onderhoud volledig van de schakelapparatuur kan worden verwijderd.
